Menu
Vertrouwen groeit door het gewoon te dóen

Vertrouwen groeit door het gewoon te dóen

Om meer waarde te kunnen leveren voor de patiënt, is het cruciaal dat we gezamenlijk werken aan een toekomstbestendig zorgmodel. En dat de betrokken partijen elkaar vertrouwen’, zegt Wendy Maas, manager value-based healthcare bij Roche in Woerden. ‘Gelukkig groeit dat vertrouwen nu’.

‘Het klinkt misschien vreemd uit de mond van iemand die bij een farmaceutisch bedrijf werkt’, zegt Maas, ‘maar een geneesmiddel is echt niet altijd de beste optie voor de patiënt.’ Ze benadrukt dat je de situatie en wensen van een patiënt goed moet kennen, voordat je samen kiest voor een bepaalde behandeling. Dat vereist doorvragen.

‘Neem het voorbeeld van een patiënt met een versleten meniscus in de knie. Dat kun je behandelen met fysiotherapie, ontstekingsremmende en pijnstillende medicijnen óf een knieoperatie. Wat de voorkeur van de patiënt heeft, hangt er maar helemaal van af. Een fanatieke sporter kiest eerder voor een operatie, om snel alles weer te kunnen. Maar een patiënt op leeftijd wil misschien liever fysiotherapie en medicijnen, om de dagelijkse dingen weer te kunnen doen.’

Van volume naar waarde

De zorg is momenteel meer gefocust op volume dan op waarde. Dat heeft onder meer te maken met financiële prikkels. Artsen worden bijvoorbeeld niet betaald voor het behalen van de beste uitkomsten voor patiënten, maar voor het aantal consulten en operaties dat zij uitvoeren. Maas: ‘Die insteek is nu nog dominant bij veel ziekenhuizen en artsen, maar ook bij ons, de geneesmiddelensector. Toch is er iets aan het veranderen. We zijn op weg naar een model waarbij de waarde voor de patiënt echt centraal staat. In dat model telt niet alleen de klinische uitkomst, maar ook de kwaliteit van leven. En de mate waarin iemand kan deelnemen aan de maatschappij, via bijvoorbeeld werk en mantelzorg.’

Maas bespeurt een onomkeerbare beweging richting value-based healthcare, nu steeds meer artsen in zorginstellingen de kar willen trekken. Roche ziet voor zichzelf vooral een rol als verbinder, facilitator en innovator. ‘Wij kunnen mensen en partijen samenbrengen, omdat we veel contacten hebben. Zo weten onderzoekers in verschillende ziekenhuizen van elkaar soms niet dat ze een vrijwel identiek onderzoek gaan doen. Ook wil Roche value-based healthcare faciliteren door kennis en eventueel budget beschikbaar te stellen en mee te denken als een innovator. Start met een pilot en schaal daarna op, is ons devies.’

Praktijkvoorbeelden

Een voorbeeld van een lopende samenwerking is de ondersteuning door Roche van het HagaZiekenhuis en het LUMC bij het ontwikkelen van een kwetsbaarheidstest voor ouderen boven de zeventig jaar. Deze mensen zijn soms te zwak voor een operatie, chemokuur of dialyse. Maas: ‘Aan de hand van die resultaten bespreekt de arts met de patiënt welke risico’s een behandeling heeft. Zo kunnen zij samen een goede afweging maken. Kosten spelen hierbij niet de hoofdrol. Het gaat primair om de kwaliteit van leven, en de keuze van de juiste behandeling voor een patiënt. Dit is een mooie eerste stap. We verwachten dat de uitkomsten zullen verbeteren, maar de toekomst moet uitwijzen of dit ook echt gebeurt.’

Een ander voorbeeld is het prehabilitatieprogramma in het Máxima Medisch Centrum (MMC), in Eindhoven. Dat programma zorgt ervoor dat longkankerpatiënten fitter een operatie in gaan. Die betere conditie krijgen zij in de vier weken vóór de operatie, door de juiste voeding, beweging, stoppen met roken en mentale ondersteuning. De eerste uitkomsten wijzen op een veel voorspoediger herstel. Een brede studie moet nu het bewijs leveren. Intussen wordt deze aanpak al in veel andere ziekenhuizen uitgerold, bij meerdere indicaties. Roche maakt de opzet van dit programma financieel mogelijk. Het MMC-onderdeel Máxima Oncologisch Centrum sleepte bij de uitreiking van de Value-Based Health Care Prize 2018 de Cost-effectiveness Award in de wacht.

'Ga om de tafel en benoem ook je eigen belang, dan kom je er samen wel uit.'

Risico durven nemen

De goede wil is niet het probleem, signaleert Maas. Mensen die in de zorgsector werken, willen allemaal het beste voor de patiënt. Toch kan de praktijk weerbarstig zijn. Maas ziet twee knelpunten: kosten en vertrouwen.

‘Bij kosten spelen diverse aspecten. Wat goed is voor de ene partij, kan nadelig uitpakken voor de andere. Zo zijn we betrokken bij projecten die gericht zijn op meer thuisbehandeling. Belangrijk, omdat we steeds meer ouderen krijgen en zij vaak een voorkeur hebben voor zorg aan huis. Dat bespaart ook kosten, maar leidt tegelijkertijd tot overcapaciteit op de dagbehandeling van het ziekenhuis. Daar moet je dus iets op verzinnen, door in gesprek te gaan en planningen aan te passen. Anderzijds zijn er projecten die van het ziekenhuis investeringen vragen in bijvoorbeeld diagnostiek, zodat je de behandeling hier beter op kunt afstemmen. Maar de besparingen komen uit bij de zorgverzekeraar. Waardegedreven zorg vraagt ook een visie op de langere termijn. Iets wat op den duur besparend werkt, vereist op korte termijn meestal een investering. Daarbij moet je soms een risico nemen.’

‘Het helpt enorm als alle partijen met elkaar om de tafel gaan zitten en hun individuele belang eerlijk benoemen. Vooral als ze daarbij samen vaststellen wat het beste is voor de patiënt. Dan moet je er samen uit kunnen komen.’

Toekomstbestendig

Daarmee stipt Maas meteen het tweede knelpunt aan: vertrouwen. ‘We moeten allemaal wat uitzoomen, om de patiënt beter te kunnen helpen. Uiteindelijk is dat natuurlijk ook in het belang van alle partijen, want zo creëer je een toekomstbestendig zorgmodel. Gelukkig zie ik nu dat het onderling vertrouwen langzaam maar zeker groeit. Dat vertrouwen ontstaat vooral door het gewoon te doén.’